Terug naar Actueel

#Weer terug naar school

Artikel

Dirk Olsthoorn werkte als teamleider en docent in het vmbo, toen hij in 2016 besloot om het onderwijs uit te gaan. Toch miste hij het contact met de leerlingen en besloot kort geleden om weer voor de klas te gaan staan. Dit keer als Xpert docent scheikunde bij Xplore - Agora Amsterdam. Daarnaast werkt Dirk als zzp'er in het onderwijs. In deze column vertelt hij over zijn ervaring.

Deel deze pagina:

Man op foto

Waarom zijn er zoveel leerkrachten die niet meer voor de klas staan? Ik hoef niet veel moeite te doen om tien voormalige collega’s op te noemen die het lesgeven vaarwel hebben gezegd. Tot voor kort was ik zelf een van deze leraren. De vraag heeft mij dan ook flink beziggehouden de laatste tijd. 

Bijna acht jaar geleden koos ik ervoor om het onderwijs te verlaten. Niet omdat ik de leerlingen niet leuk meer vond. Die heb ik al die tijd gemist. Dat merk is vooral nu ik ze weer wekelijks zie. Voor mij was doorslaggevend dat ik niet mijn hele leven voor dezelfde baas wilde werken. Ik had nog zoveel te ontdekken. Nu ik kortgeleden de keuze heb gemaakt om weer voor de klas te gaan staan, zie ik ook nog andere redenen waarom ik geen leraar meer wilde zijn. Het hielp mij om te besluiten voor welke school ik wilde werken.

Ik zag mezelf niet voor klassen staan gevuld met leerlingen die vooral in het lokaal zijn omdat het in het lesrooster staat. Voor veel leerlingen is het een beproeving om soms wel acht lessen op een dag naar een leraar te luisteren. Dat kan ik mij voorstellen, omdat ik zelf zo’n leerling was. Ik heb het altijd lastig gevonden om daar als leraar aan mee te doen. 

Ook vind ik vijf dagen voor de klas veel van hetzelfde. In mijn eerste achttien jaar op school heb ik veel verschillende rollen gehad naast het lesgeven. Dat zorgde ervoor dat ik het lang kon volhouden. Maar niet voor iedere leraar is het mogelijk om lerarenbegeleider, decaan of teamleider te worden. Deze taken en functies liggen alleen niet voor het oprapen. 

Het grootste werkgeluk heb ik ervaren tijdens een project voor onderwijsvernieuwing. Een groep van zeven docenten begon aan deze klus. Bij de samenstelling werd gekeken of de competenties van de docenten elkaar zouden aanvullen. Het idee was dat je als docent verschillende rollen hebt waar verschillende vaardigheden bij horen. Zo ben je als leraar bijvoorbeeld instructeur, lesontwikkelaar, coach, organisator, pedagoog en vak-expert. Maar niet elke docent is even goed in elke afzonderlijke rol. 

Binnen het team maakten we graag gebruik van elkaars kwaliteiten. De een was een kei van een pedagoog en kon leerlingen goed coachen. Een ander was een geweldige instructeur en wilde het liefst 36 uur per week uitleg geven. Maar liet hem vooral niks organiseren, of mentor zijn. En zo deed iedereen iets waar hij of zij goed in was. Mijn rol als projectleider was vooraf niet beschreven. Ik werd het vanzelf. Het betekende niet eens dat ik minder les ging geven. Wel dat ik naast het lesgeven vooral de dingen deed waar ik goed in was, en die ik leuk vond bovendien. 

Bij mijn keuze voor een nieuwe werkgever heb ik hier rekening mee gehouden. Bij vernieuwingsschool in Amsterdam-Noord is er geen rooster en er gaat geen bel. Het is een inspirerende leeromgeving en zijn er coaches om de leerlingen te begeleiden bij hun leerproces. Ik heb de rol van vak expert scheikunde, voor twee dagen in de week. Ook dat helpt om het leuk te houden.  

Print deze pagina